‘Kennis is de enige grondstof die toeneemt naarmate je het gebruikt.’ Die woorden sprak hoogleraar Robert Dijkgraaf tijdens de opening van het Academisch Jaar in Amsterdam.
Ruimte vragen voor kennisontwikkeling is momenteel de grootste uitdaging van ons werk bij het UAF. Gemeenten willen nieuwkomers zo snel mogelijk de bijstand uit krijgen, wat dikwijls betekent dat ze iedere beschikbare baan moeten aannemen en geen ruimte krijgen om zich om- of bij te scholen. Zo kan een gevluchte arts niet als dokter verder en is een jonge, ambitieuze advocaat veroordeeld tot schoonmaakwerk. Dat betekent een verkwisting van waardevolle grondstoffen.
Kennis opbouwen is de investering altijd waard. Sterker nog: we hebben het nodig. De arbeidsmarkt, de uitdagingen van ons ecologisch systeem en de vitaliteit van de individuele mens vragen om slimme oplossingen voor groeiende problemen. Hierbij moeten we de kennis en kwaliteiten van nieuwkomers benutten.
We doen alles en iedereen tekort door alleen maar te focussen op korte termijn resultaten. De obsessieve blik op de (lands)grenzen en de angst voor iedereen die van buiten komt zijn funest voor onze kenniseconomie. Vluchtelingen zijn geen buitenaardse mensen. Darwin, Newton en Einstein kwamen van verschillende plekken, ze hebben wereldwijd bijgedragen.
We hebben leiderschap, durf en creativiteit nodig om buiten gebaande paden te kijken en vooruit te komen. Als je niets doet, creëer je vanzelf chaos, dat leert de natuurwetenschap. Als je de kennis van de mensen onbenut laat, dan gaat deze vanzelf verloren. Om met de woorden van professor Dijkgraaf te spreken: ‘Het zou mooi zijn als economen eens de waarde van een uur denktijd konden berekenen.’
Fotografie: Venus Veldhoen.