Mohannad Altabban studeerde geneeskunde in Damascus. Hij specialiseerde zich tot internist en werd manager in een privékliniek. Tot de burgeroorlog uitbrak en hij moest vluchten met zijn gezin. Na tien ‘verloren jaren’ heeft Mohannad nu eindelijk – eindelijk! – weer een doktersjas in het vooruitzicht.
Meerdere keren per dag opent Mohannad zijn mailbox om te controleren of het verlossende bericht al binnen is. Na honderd-en-een keer doorzetten staat alleen een BIG-registratie, die hem de bevoegdheid geeft zijn beroep uit te voeren, nog tussen hem en zijn doel: aan het werk als arts in het ziekenhuis in Maastricht. Een contract ligt daar al voor hem klaar.
Aan het punt waar hij nu is, ging een lange weg vooraf. Na zijn vlucht uit Syrië in 2013 belandt hij via Libanon, Jordanië, Jemen en Saudi-Arabië in Nederland. Daar blijkt hij, na een aanvankelijke afwijzing, tóch te mogen studeren aan de Maastricht University. Mohannad: ‘Omdat een andere internationale student zich terugtrok, mocht ik alsnog komen.’
'Ons hele leven werd teruggebracht tot één woord: vluchteling.'
Hij krijgt een studentenvisum voor één jaar. ‘Mijn brein was mijn paspoort,’ zegt hij. Om na dat jaar in Nederland te kunnen blijven, heeft Mohannad een werkvisum nodig, en een baan op niveau. Zo zou hij de status van expat krijgen. Driftig gaat hij op zoek, maar op al zijn brieven volgen evenveel afwijzingen. De moed zakt hem in de schoenen. ‘Mijn Syrische diploma’s werden hier niet erkend.’ En zo komt het dat Mohannad – studie geneeskunde, specialisatie als internist, werkervaring, master in Nederland – in september 2016 met zijn gezin in Maastricht op de trein stapt. Bestemming: Ter Apel. ‘Daar werd ons hele leven, alles wat we hadden opgebouwd, teruggebracht tot een tag met één woord: vluchteling.’
Onder zijn niveau
Hij heeft geluk: al redelijk snel krijgt hij een verblijfsvergunning. Maar dan
komt zijn leven in het teken te staan van drie letters: BIG. Want alleen met een BIG-registratie mag je in Nederland aan het werk als medisch specialist. Mohannad: ‘Ik las over de procedure en wist meteen: dit gaat me in mijn eentje niet lukken. Het was te veel en te ingewikkeld.’
Hij vindt een tijdelijke baan als klinisch onderzoeker en spaart geld. Daarna gaat hij aan de slag als verzorgende, een baan ver onder zijn niveau. Zijn doel verliest hij niet uit het oog. ‘Ik ben internist en wil werken als arts. Zo simpel is het.’ Maar hoe?
Fast forward naar 2020. Mohannad spreekt intussen de Nederlandse taal en heeft via zijn baan kennisgemaakt met het Nederlandse gezondheidssysteem. Hij meldt zich aan bij het UAF en vraagt om hulp bij het BIG-registratietraject. Hij wordt aangenomen en krijgt tot zijn vreugde begeleiding en financiële steun.
Wat volgt is een pittige periode, waarin hij coschappen loopt in Rotterdam. ‘Dat was zwaar. Ik had daar geen woning, kon er niet werken, kende er geen mensen. Bovendien wilde de gemeente waar ik woonde dat ik ter plekke als verzorgende bleef werken. Tijdelijke bijstand, zodat ik coschappen kon
lopen, kreeg ik niet. Toen zei ik: “Als ik dit werk blijf doen, zit ik over zes maanden thuis met een burn-out. Investeer één jaar in mij, daarna ben je voor altijd van me af.”’
'Ik ben internist en wil werken als arts. Zo simpel is het.'
Verlossend mailtje
En zo geschiedde. Nu alleen nog het verlossende mailtje. ‘Dan heb ik een toekomst gecreëerd voor mijn gezin en kan ik eindelijk een bijdrage leveren aan de maatschappij – met mijn kennis en ervaring en door belasting te betalen. En dat tien jaar na onze vlucht. Ons leven gaat nu pas echt beginnen.’