Marinus Pannevis is donateur van het UAF. Samen met zijn vrouw Caroline Polak heeft hij sinds 2017 een Fonds op Naam: Camacare, voor vluchtelingen die in de zorg willen werken. Hij werkte ruim veertig jaar als advocaat op de Zuidas, is oprichter en voorzitter van de stichting Havenstraat, die elke week in Amsterdam een diner met vluchtelingen (de ‘Havendiners’) organiseert, en voorzitter van Stichting Syrische Vrijwilligers Nederland.
Vluchtelingen bieden voor ons ook een oplossing
‘De kracht van vluchtelingen is formidabel. Het zijn vaak buitengewone, initiatiefrijke, inventieve, creatieve mensen. Denk je eens in: het moet wel een enorme puinhoop zijn voordat je besluit om je tas te pakken, de deur achter je dicht te trekken en te vertrekken. Er zijn in de loop van de geschiedenis altijd mensen geweest die alles achterlieten en op reis gingen, op zoek naar een betere toekomst, voor hunzelf, maar vooral voor hun kinderen. Vanwege honger, oorlog of andere redenen. Het idee dat je vluchtelingen zou kunnen stoppen, is net zoiets als de wind willen stoppen.
Helaas komt de kracht van vluchtelingen onvoldoende tot zijn recht omdat ze te veel als probleem worden gezien. Terwijl ze juist ook voor ons een oplossing zijn. Want we hebben in de westelijke samenleving vanwege de vergrijzing verschrikkelijk veel mensen nodig. Ik begreep dat Merkel destijds “Wir schaffen das” ook zei omdat de Duitse industrie zo’n geweldige behoefte had aan jonge werkkrachten.’
Vier jaar wachten in de kracht van je leven.
Onwenselijk, nee onmenselijk!
Verjaardagsfeest
‘Door al die regels en beperkingen en de voortdurende verhuizingen kunnen asielzoekers weinig of niet werken. Daardoor kom je, net als bij de bijstand, zo ver van de arbeidsmarkt af dat het later heel lastig is om weer aan het werk te gaan. Ik ontmoette pas een Iraniër die eindelijk na vier jaar en vier maanden wachten zijn verblijfsvergunning had en zijn vrouw over kon laten komen. Vier jaar wachten in de kracht van je leven. Onwenselijk, nee onmenselijk!
Een paar jaar geleden gaf ik een verjaardagsfeest en nodigde 120 gasten uit. Verreweg de meesten van hen komen uit mijn witte bubbel. Van tevoren stuurde ik ze een mailtje: “Het thema van de avond is: Waar kom jij vandaan?” Dat begrepen ze niet, dus een tweede mail: ‘Kijk eens naar je ouders of één of twee generaties terug: komt er iemand uit het buitenland? Ik opende het diner en herhaalde de vraag: wie van jullie heeft een of meer ouders, grootouders of overgrootouders uit het buitenland? 115 van de 120 gasten staken hun hand op! Dus wij hebben bijna allemaal wortels wat verder weg. Zo waren de verre voorouders van mijn vrouw Joodse vluchtelingen uit Polen. Dat maakt onze samenleving juist zo mooi en succesvol. En nu komen er weer nieuwkomers naar ons land en reageren Nederlanders zo terughoudend. Dat klopt gewoon niet!
Een van de meest gehoorde klachten van vluchtelingen die ik hoor, is dat hun diploma’s niet worden erkend. Ik ken een huisarts uit Damascus die daar al twintig jaar een bloeiende praktijk had. Ik begrijp dat ze moet leren hoe het zorgstelsel hier werkt, maar niet dat ze de opleiding bijna helemaal opnieuw moet doen. Laat zij haar patiënten soms een beetje anders behandelen, zoals in haar praktijk in Damascus. En zij spreekt Arabisch! Dat is natuurlijk in sommige wijken een ontzettend groot voordeel. Net als de huisarts voor expats in Amsterdam, die heel goed Engels of Frans spreekt.’
250ste Havendiner
‘Om vluchtelingen een mooie avond te bezorgen en Amsterdammers te ontmoeten organiseren wij sinds eind 2015 elke week een Havendiner. Tachtig vluchtelingen (asielzoekers, of Oekraïners) en soms ongedocumenteerden eten dan samen met vijfentwintig mensen van het bedrijfsleven, scholieren of studenten. Veel van hen hebben nog nooit een vluchteling ontmoet. Ze lezen alleen over hen in de krant en zien op televisie de ellende in Ter Apel. In het begin zijn de Amsterdamse gasten een beetje onwennig, maar dat gaat snel over. Bij de jongeren begint het dansen meestal al voor het toetje. Je kunt prima dansen ook al kun je elkaar niet verstaan. Aan het eind van de avond gaat iedereen vrolijk, voldaan, verrijkt en iets meer geïntegreerd weer naar huis. Dan blijken vluchtelingen hele gewone mensen te zijn. Ze zijn geen aantallen meer, maar echte mensen. Eind juni vierden wij het 250ste Havendiner!
Ik had van tevoren niet verwacht dat mensen van die grote bedrijven zo enthousiast zouden reageren. Het is ook een leuk uitje voor medewerkers. Het gebeurt regelmatig dat een deelnemer zich vervolgens aanmeldt als vrijwilliger bij de Havendiners. ‘Als iedereen dit een keer meemaakt, is het vluchtelingenprobleem snel opgelost’, mailde een jonge professional van de Zuidas me een keer. Zo is het maar net. Onbekend maakt onbemind, nietwaar?’
Talent mag niet verloren gaan
Ook een bijdrage leveren aan de ondersteuning van nieuw talent?